Een Star Warsmarathon houden is een hele opgave. Zeker als je de films al zo vaak gezien hebt dat je elke willekeurige acteur zou kunnen vervangen, mocht je op miraculeuze wijze teruggaan naar de jaren ’70 en op de set belanden. Yodataal? Geen probleem wij vinden dat.
Dan is er nog de technische kant van zo’n marathon. Niks Death Starachtigs, meer HDMI-achtigs. Gelukkig zijn wij technisch als Chewbacca (wat een twijfelachtige eer is gezien de immer haperende hyperdrive).
Toen alles werkte begonnen we bij deel V. Deel IV ontbrak in de Blu-raybox.
Met wat buren hebben we de eerste film nagespeeld. Er vloeide wat bloed in de strijd om wie Han Solo mocht spelen, Luke had de motoriek van een kleuter en de aangeschoten buurvrouw raakte haar tekst steeds kwijt. Wel verklapte ze in een vroeg stadium de tweelingzus van Luke te zijn.
Maar de lightsaberapp voldeed. Net als de vuilniszak die Vader zijn donkerglimmende uiterlijk gaf.
Niets is leuker dan een nieuwe fan kweken. Als een twaalfjarige om twaalf uur ’s nachts na twee films en één voorstelling nog een film wil zien, is het goed.
Niet dat we dat gedaan hebben.
Oud en wijs we zijn.