Schrijven lukt even niet.
Ik begin voor de zoveelste keer opnieuw.
Ander onderwerp.
Opnieuw loop ik vast.
Ander onderwerp.
Vast.
Ander onderwerp.*
Vrijdag zat ik bij een masterclass. Meestal geeft me dat inspiratie en energie.
Nu niet.
Dat lag niet aan de docent. Thomas Verbogt vertelde inspirerend over personage en perspectief. Niet alleen het vertelperspectief, maar het perspectief van jou als schrijver.
De blik van waaruit je kijkt. Zodra je bijvoorbeeld de deur van je huis uitstapt.
Dan zie je potentiële verhalen.
Ik herken dit (net als alle schrijvers, waarschijnlijk).
Zo herinner ik me een vrouw op het parkeerterrein van een grote supermarkt. Ze liep tussen de auto’s door. Voor haar buik hield ze een lege vogelkooi. Er was iets aan de manier waarop ze keek, haar motoriek, de afwezigheid in haar blik, de manier waarop ze de kooi vasthield.
Ik wist het meteen: daar loopt een verhaal.
En niet over een vrouw die op zoek is naar haar vogel.
Schrijven is zien.
Zien en vragen stellen.
Waarom loopt die vrouw daar zo? Wat is hieraan vooraf gegaan? Wat verklaart haar houding?
Zien en vragen stellen.
Dat is het… ik doe het de laatste tijd te weinig. Of helemaal niet.
Heeft te maken met dat ik mezelf veel opleg.
Boek moet af.
Blog moet af.
… moet af en … moet af.
Maar naar buiten lopen en kijken en zien en vragen stellen?
Nee.
Terwijl dat de voeding is van verhalen. Van een schrijver.
*Excuses, de blog met de titel ‘schone onderbroek’ laat nog even op zich wachten.